Spraakgestuurde smart home-technologie groeit snel, met Amazon, Google en anderen als leiders. Het biedt gemak, maar roept ook zorgen op over privacy en dataveiligheid. Bewuste keuzes zijn belangrijk voor de toekomst.
Psssst ... Het Smart Home luistert mee
Consumentenelektronica en huistechniek die naar je stem luistert – tot voor kort klonk dat nog als sciencefiction, maar het is allang werkelijkheid en ontwikkelt zich momenteel tot een echte groeimarkt. En het idee is inderdaad best cool. In plaats van met een heleboel afstandsbedieningen te jongleren of tussen een half dozijn apps naar de juiste te zoeken, bestuur je je hele huistechniek gewoon met normale spraakopdrachten. Of het nu gaat om het dimmen van het licht, het regelen van de verwarming of simpelweg het afspelen van een bepaald liedje via het systeem – zolang de spraakherkenning de opdracht begrijpt en er een koppeling is met de betreffende techniek, is dat allemaal geen probleem. Ook kunnen op deze manier heel eenvoudig informatie uit het internet worden opgehaald en voorgelezen, bijvoorbeeld het weerbericht van morgen of de verkeerssituatie op weg naar huis.
De race is begonnen
Een slimme speaker in de boekenkast – het slimme huis luistert mee.
Amazons Echo is momenteel de marktleider onder de slimme huisproducten – en verkoopt overduidelijk uitstekend. Al sinds vorig jaar brengt Amazon zijn spraakbesturingstechnologie "Alexa" op de markt in de smarthome-speaker Echo en de kleinere versie Echo Dot. En dat blijkbaar zo succesvol, dat je je in Duitsland eerst op een wachtlijst moet laten zetten om een uitnodiging(!) voor een bestelling te krijgen – ooit. De pc-gigant Lenovo (voorheen bekend onder de naam IBM) heeft onlangs op de CES eigen producten aangekondigd, die ook Alexa zullen gebruiken. En het is goed te begrijpen waarom juist Amazon zo sterk op deze markt inzet. Geen enkele andere aanbieder kan zoeken, service en verkoop zo nauw met elkaar verbinden als het machtige onlinewarenhuis, dat daarmee van plan is de grootste concurrent van Google te worden.
Drie moderne smart home-luidsprekers in stijlvolle kleurtinten: grijs, blauw en roze. Perfecte aanvulling voor elk huis.
Lenovo vertrouwt ook op de Alexa-technologie van Amazon en heeft op de CES eigen slimme producten gepresenteerd Google wil daar natuurlijk niet bij achterblijven en biedt sinds kort met "Google Home" een zeer vergelijkbare aanpak aan. Apple leek met Home Kit een tijdlang een voorsprong te hebben, maar veel meer dan een leuk idee is het systeem tot nu toe niet. Minstens een stap verder denken op dit moment de Koreaanse elektronicareus LG en het Duits-Zwitserse bedrijf digitalSTROM. Beide hebben in Las Vegas spraakgestuurde robots gepresenteerd, die ons als digitale butlers in het dagelijks leven moeten gaan ondersteunen.
Een smart speaker op een tafel, klaar om het smart home te bedienen. Perfect voor moderne woonruimtes.
Google noemt zijn Alexa-concurrent eenvoudigweg "Home"
Hitech van het hoogste niveau
Een robot serveert koffie aan een vrouw in een modern smart home. Technologie en dagelijks leven vloeien naadloos samen.
Voor velen een vreemd idee: dankzij moderne spraakherkenning zouden slimme robots zoals de "Pepper" van digitalSTROM binnenkort heel gewone metgezellen moeten worden (Beeld: obs/digitalSTROM) De technologie achter de verschillende aanbiedingen is inderdaad fascinerend. Nog steeds is het begrijpen van natuurlijke taal een gigantische uitdaging voor elke computer en pas recent mogelijk geworden door ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie (KI). Een KI-systeem verschilt van een traditionele computer vooral doordat het zelflerend is. Het heeft dus geen menselijke programmeurs meer nodig om nieuwe spraakopdrachten te implementeren. In plaats daarvan wordt het systeem bij elke aanvraag een beetje slimmer en kan het, in tegenstelling tot de soms onbedoeld grappige beginfase van spraakherkenning, steeds vaker dialecten, accenten en informele formuleringen begrijpen.
Spraakherkenning heeft wel zijn eigenaardigheden ... niet alleen voor Schotten! Dit zelfstandig leren vereist aanzienlijke rekenkracht en vooral gigantisch grote databases die razendsnel groeien. Noch deze opslagcapaciteit, noch de benodigde rekenkracht is beschikbaar op een voordelig apparaat voor thuisgebruik, daarom worden de spraakopdrachten via internet naar grote servers gestuurd, daar verwerkt, geïnterpreteerd en vervolgens weer naar het apparaat thuis teruggestuurd. En precies daarin zien velen een gevaar.
Oplettende luisteraars
Een smart home-systeem dat stiekem meeluistert: Hoe veilig zijn onze verbonden apparaten echt? Ontdek de verborgen risico's achter het gemak.
Want om meteen op spraakopdrachten te kunnen reageren, luisteren deze apparaten voortdurend naar hun omgeving – Amazons Echo gebruikt daarvoor bijvoorbeeld zeven afzonderlijke microfoons. Herkennen ze een vooraf ingestelde trefwoord ("Alexa", "Oké, Google", "Hey, Siri" ...) dan nemen ze de volgende spraakopdracht op en sturen die ter analyse naar de server op internet. Tot zover handig, maar niemand weet echt wat er met de andere geluidsopnames uit de omgeving gebeurt. Amazon geeft bijvoorbeeld aan dat intern in het apparaat steeds de laatste 60 seconden van de opname worden opgeslagen, daarna zouden de data worden overschreven en dus definitief verwijderd. Deze relatief lange opnametijd zou nodig zijn om de daadwerkelijke spraakopdrachten correct in context te kunnen interpreteren. Andere fabrikanten zwijgen over zulke details, maar werken waarschijnlijk met vergelijkbare methodes en gegevens.
Een smart home-apparaat dat luistert: moderne technologie voor spraakbesturing in actie.
Met niet minder dan 7 microfoons luistert Amazons Echo voortdurend naar zijn trefwoord. Als het daarbij zou blijven, zou er weinig op Echo & Co. aan te merken zijn. Het kan een beetje vreemd aanvoelen om voortdurend door een elektronisch apparaat afgeluisterd te worden. Maar als de gegevens alleen in het apparaat blijven en daar na 60 seconden weer worden verwijderd, is deze inbreuk op de privacy nauwelijks vermeldenswaardig. Iedere Facebook-gebruiker, iedere smartphonebezitter geeft vrijwillig veel meer van zichzelf prijs en staat de aanbieder zelfs expliciet toe deze persoonsgegevens voor commerciële doeleinden te gebruiken. Toch blijft er een klein ongemak. Allereerst blijft een zeker wantrouwen tegenover de technologieconcerns aan je knagen. Spraakherkenning, daar is iedereen het over eens, wordt een van de belangrijkste sleuteltechnologieën van de komende jaren en zal een gigantisch grote markt creëren. En hoe beter de eigen spraakherkenning werkt, hoe groter het marktaandeel dat de aanbieder van de verwachte omzet mag opeisen. En omdat de kwaliteit van de herkenning sterk afhankelijk is van het leervermogen van de KI-servers, lijkt het bijzonder verleidelijk om de voortdurend luisterende apparaten heimelijk te gebruiken voor het opbouwen van een eigen spraakdatabase en zo een voordeel op de concurrentie te behalen. Privacywaakhonden, hackers en beveiligingsexperts wereldwijd staan waarschijnlijk al klaar om een fabrikant op zo'n misbruik van audiogegevens te betrappen. Maar zoals je nu bij het voorbeeld van Volkswagen kunt zien, verdwijnen morele en juridische bezwaren soms snel als de concurrentiedruk groot genoeg is. Het is dus tenminste niet uitgesloten dat grote aanbieders zoals Apple, Amazon of Google ooit in deze verleiding komen. De gebruikersvoorwaarden, die je voor ingebruikname van zo'n apparaat moet accepteren, staan de aanbieders in ieder geval zoals gewoonlijk een zeer ruime toepassing van de verzamelde gegevens toe.
Een smart home-apparaat luistert mee: Amazon Echo op de voorgrond, klaar voor opdrachten.
Ook bestaat er natuurlijk tenminste theoretisch het gevaar dat een buitenstaander toegang krijgt tot deze gegevens of direct op de ingebouwde microfoons. Om te kunnen werken, hebben apparaten met spraaktechnologie logischerwijs een tweezijdige internetverbinding nodig – ze moeten gegevens kunnen versturen én ontvangen. Ook als de fabrikanten overtuigend verzekeren dat ze alle denkbare beveiligingsmaatregelen hebben getroffen, kan zo'n bescherming nooit 100 procent waterdicht zijn. Het is dus niet helemaal uitgesloten dat een smarthome-speaker thuis door een hacker tot afluisterapparaat wordt omgebouwd. En zeker zullen inlichtingendiensten wereldwijd al zoeken naar manieren om de nieuwe technologieën te gebruiken voor grootschalige afluisterpraktijken. Zijn dat allemaal redenen voor overdreven paranoia? Tegenwoordig zijn we immers voortdurend omringd door apparaten als smartphones, tablets of laptops die veel gemakkelijker te hacken zijn, en waarmee we vrijwillig een onmiskenbaar spoor aan data achterlaten. Maar met de spraakherkenning en de daarvoor noodzakelijke constante afluistering door de slimme apparaten krijgt het allemaal een heel nieuwe dimensie. Stel je voor dat je met je partner over het avondeten praat en plotseling door de slimme huistechniek wordt onderbroken met een suggestie voor een nieuwe pizzabezorgdienst in de buurt. Vandaag klinkt dat nog griezelig, maar over tien jaar vinden we dat misschien heel normaal. Want één ding hebben Apple, Google, Amazon, Facebook, WhatsApp, Twitter, Instagram en vele anderen allang bewezen: ondanks alle aanvankelijke bezwaren zijn mensen uiteindelijk graag bereid hun persoonlijke gegevens prijs te geven, zolang het hen iets oplevert. Slimme huistechniek met echte, intelligente spraakherkenning komt er zeker, dat is geen vraag. Maar misschien is nu precies het juiste moment om na te denken over welke vrijheden je de ontwikkelaars van zulke technologieën wilt geven – en welke liever niet.
Een smart speaker luistert aandachtig in de slaapkamer terwijl iemand slaapt. Het slimme huis luistert mee.
Cookies
Deze website maakt gebruik van cookies om ervoor te zorgen dat u de beste ervaring krijgt op onze website. More information...